Onze vluchtroute voor oud en nieuw bracht ons deze keer naar het Baskenland. Een stukje Frankrijk, een stukje Spanje, twee stukjes Europa die ons weinig bekend waren. Uitvalsbasis was het Franse dorpje Sare, vlak bij de grens met Spanje. Sare is ‘un des plus beaux villages de France’, en wordt tijdens de zomermaanden platgelopen door toeristen. Onze lieve gastvrouw Francine gaf toe dat ze het een beetje vreemd vond dat we hier eind december, begin januari de streek wilden ontdekken. Het Baskenland in de winter, doen of niet?

Biarritz heeft soms iets van een sprookje.
De stukjes Frankrijk
Biarritz, de ‘mondaine’ badstad die zo niet aanvoelt
Uiteraard trokken we naar Biarritz zodat Jesse nog eens op een surfplank kon staan, maar je kan er ook zonder surfplank gemakkelijk een paar leuke dagen doorbrengen.
Zelfs al is het in de winter te koud om de zee in te gaan, de kustlijn van Biarritz is indrukwekkend. Hoge rotsen in zee, opspattende golven, rotseilandjes (al dan niet met een standbeeld van Maria erop) die met bruggen zijn verbonden aan het vasteland, kasteeltjes, …

Via dit bruggetje geraak je tot op een rotseilandje tussen de golven. Niet doen bij stormweer.
In de binnenstad is Biarritz een leuke mix van restaurants en winkels. Het is waarschijnlijk ook zo ongeveer de enige plek in Frans Baskenland waar je een middagje ‘deftig’ kan shoppen. Les Enfants Terribles is zo’n plek waar je een hele tijd kan snuisteren tussen juwelen, kleren, handtassen, kandelaars, schriftjes, … en BTZ Biarritz heeft de coolste sweaters van heel het Baskenland.

Nieuwjaarsduik 2.0.
Vegetariërs raden we een (prijzige) lunch bij Miremont aan, waar twee vegetarische quiches op de kaart staan. Je betaalt ook voor het interieur (belle époque van het einde van de negentiende eeuw) maar da’s af en toe ook wel eens leuk. Bij Les Ours Blancs kan je terecht voor een mysterieuze ‘assiette végétarienne’, in ons geval een lekkere soep en risotto.
Aperitief je graag met tapas, volg dan de locals naar Au Comptoir Du Foie Gras, vlak naast Les Halles. Ze hebben punten gescoord bij ons omdat ze meteen een bordje met vegetarische tapas hadden klaar staan. Ook de lokale cider is fantastisch.

De kleine haven van Saint-Jean-De-Luz bij het vallen van de avond.
Uitkijken over de kliffen in Saint-Jean-De-Luz
Saint-Jean-De-Luz is een heel gezellig dorpje aan zee, tussen Biarritz en Hendaye. Je kan een heel eind langs de dijk wandelen, tot aan de heuvel met een prachtig uitzicht over de zee, de golfbrekers, en een kleine kapel die een vuurtoren blijkt te zijn. Op de heuveltop heb je rechts een mooi zicht op de kliffen. Wel een tikje luguber dat de afrastering overal redelijk hoog is en er her en der bossen bloemen hangen aan de paaltjes. In Saint-Jean-De-Luz lijkt de lokroep van de zee voor sommigen soms te luid te klinken.

Hallo, Golf van Biskaje.
Guéthary, the place to be
Guéthary ligt dan weer tussen Biarritz en Saint-Jean-De-Luz, en is de plaats waar ‘het jong volk’ naartoe trekt. We hebben er langs de kust gewandeld en zijn daarna in Bar Basque beland, bar en restaurant in één. Een leuke plek waar iedereen elkaar lijkt te kennen én, hoera, waar er een vegetarisch gerecht op de kaart stond. Toen we terug naar de auto wandelden, hebben we ook eens binnen gekeken bij Le Poinçon, en ook dat zag er een gezellige plek uit voor lunch of apéro.

Kustlijnen leveren altijd heerlijk dramatische plaatjes op.
Het Franse binnenland in
Vanuit Sare ben je snel in een heleboel andere al even pittoreske dorpjes zoals Ainhoa en Espelette. Ainhoa is mini, met een aantal mooie oude huizen in het centrum. Espelette is iets groter en trekt altijd wel volk door de specerij espelette, gemalen rode pepertjes. Verwacht in die dorpjes tijdens de winter wel een heel aantal gesloten deuren. Papiertjes op de deur met ‘réouverture en avril’ waren niet uitzonderlijk. De vakbond in Espelette spande de kroon, daar lazen we begin januari ‘réouverture en juin’. Zo halen we de Chinezen nooit in, natuurlijk.
De stukjes Spanje
Bilbao, bekend om dat ene museum
Op meer dan anderhalf uur rijden van Sare ligt Bilbao, meteen de verste dagtrip die we hebben gemaakt. We wilden erheen om het Guggenheim te bezoeken, want voor de rest zei de stad ons weinig. Het is de enige teleurstelling tijdens onze Baskenland-trip geworden. Het gebouw is ontworpen door Frank Gehry, in z’n kenmerkende iconische stijl. De collectie blies ons niet omver, met als triest dieptepunt een hele vleugel gewijd aan de ‘land art’ van Richard Serra. Imposant, tot je beseft dat de hele vleugel gesponsord werd door Arcelor Mittal, en je het gevoel krijgt in een catalogus van staal rond te lopen. Ook voor de marketingkitsch van Koons bleven we nogal koud. Gelukkig was er nog de tijdelijke tentoonstelling van Alex Katz en een fantastische Gerhard Richter.
De leukste Spaanse vibes in San Sebastián
San Sebastián deed deze petits Belges aan home base Antwerpen denken. Er is namelijk een linkeroever, en een rechteroever. Op de linkeroever vind je, in tegenstelling tot in Antwerpen, de meeste actie: restaurants, terrasjes, de winkelstraten, … Op de rechteroever is het allemaal wat minder, maar daar vind je dan weer de meest originele plekjes. Zoals The Loaf. Vlak aan het Kursaal en Playa de La Zurriola vind je deze bakker die ook koffiebar is, en waar je ook zelf kan leren brood bakken én pizza’s maken. Schuin tegenover The Loaf, in het Kursaal, vind je trouwens een leuke kleine designwinkel, Bois et Fer. Loop niet ver van The Loaf ook MINER binnen, een hele coole fietsenwinkel waar je zo een tokyobike wilt kopen.

Nog een bewijs van kustlijnen en drama: het Kursaal aan het strand van San Sebastián.
In San Sebastián konden we eindelijk nog eens genieten van ‘echt’ vegetarisch voedsel bij Green Break, vlak bij Plaza de la Constitución. Het interieur is een beetje foute boel maar de burrito is heerlijk dus neem ‘m gewoon mee naar buiten en eet ‘m gezellig op op een bankje (dat kon zelfs begin januari nog).
Zoeken naar nationaal park Aiako Harria
We wilden in het Baskenland de natuur opzoeken. Mooie plekjes aan zee genoeg, maar hoe zit het met het binnenland? Je hoeft heus niet altijd in reisgidsen te kijken of blogs te lezen. Op Google Maps zagen we niet ver van Sare een grote groene vlek in het noorden van Spanje: nationaal park Aiako Harria. Francine had er nog nooit van gehoord, wij beloofden dat we verslag zouden uitbrengen. Het park vinden, was niet zo eenvoudig. We reden naar het plaatsje Irún en vonden daar gelukkig een klein pijltje in de juiste richting. Aan de parking beginnen verschillende wandelingen, wij kozen voor de rood-wit-gele, die ons 1 uur en 45 minuten zoet zou houden. Het is bij momenten een redelijk stevige wandeling, bergop, bergaf, tussen boomwortels en over rotsen in een prachtig nationaal park. Tijdens onze wandeling kwamen we niemand anders tegen, buiten een tiental gieren dat boven onze hoofden cirkelde.

De gieren wisten al sneller dat we niet goed bezig waren met onze wandeling.
Mijn oriëntatie is niet al te best maar na een stevig uur wandelen, geloofde ik to-taal niet dat we na een dik half uur terug aan de auto zouden staan. De hemel was een en al wolk, de wind stak op en dikke regendruppels begonnen te vallen. Na 1 uur en 45 minuten stonden we op de heuvel. Aan een bord, met pijlen, met daarop de afstanden tot de volgende punten. Niks parking dus. Na een luide vloek besloten we om om te draaien en dezelfde weg terug te nemen. Dan waren we toch al zeker dat we na 1 uur en 45 minuten opnieuw aan de parking zouden staan. Gelukkig voor ons sloeg het weer opnieuw helemaal om en wandelden we terug met de zon op ons hoofd. Toch maar goed onze spieren aan het werk gezet die dag.

Poseren is ons ding niet, maar met een sweater met ‘Petit Belge’ op moét het gewoon even.
Dus, het Baskenland in de winter, doen of niet?
Doen, natuurlijk. De kans op goed weer is stukken groter dan in België, de temperatuur haalde zelfs vaak 18 graden. Het is er bijzonder rustig en wandelen in de natuur of dorpjes bezoeken is altijd leuk. We willen in de lente of herfst zeker nog eens terug om een spelletje pelote mee te maken, en om de natuur in volle bloei of herfstkleuren te bewonderen. Hou er wel rekening mee dat we tijdens de kerstvakantie zijn gegaan. Daarna gingen heel wat winkels en restaurants een tijdlang toe. Le Pays basque, réouverture en juin.